Ondanks de grote nieuwbouwopgave die voor ons ligt, staan de meeste gebouwen er al. Ze zijn echter vaak lang niet altijd meer van deze tijd. In plaats van ze af te breken en opnieuw te beginnen, kiezen we er liever voor om ze aan te passen.
Het ritme van het leven kent verschillende frequenties. Dag en nacht, week en weekend, de vier seizoenen en verse generaties die in golven naar de stad komen en deze weer verlaten. Zo vergrijzen wijken, verarmen buurten en bloeien straten. Iedere plek kent zijn eigen focus en daarmee een eigen ritme van pieken en dalen. Deze focus kan veranderen met de tijd. Havens worden gegraven, handel floreert en dooft uit.
Dit schept ruimte voor nieuwe ideeën om deze verlaten plekken te bemesten. Deze experimenten tonen welke nieuwe rol er voor dit stuk stad of dit gebied gloort. Door nieuwe bezoekers te trekken, die uitgroeien tot gebruikers en bewoners. Die vervolgens het gebied naar hun hand zetten. De ene zijn dood is de ander zijn brood. Denk aan hoe het Amsterdamse NDSM-terrein van scheepswerf via creatieve broedplaats en festivalterrein nu uitgroeit tot een gemengde stadswijk. Gaandeweg verkleurt de stad. Een kantoorgebouw transformeert tot appartementencomplex of hogeschool, een school wordt een museum, een gesloten structuralistisch universiteitscomplex wordt het bruisend hart van een binnenstadscampus. Allemaal zijn het projecten van ons bureau.
Het op deze wijze verbouwen en uitbouwen van bestaande gebouwen en gebieden is duurzamer en circulairder dan volledige nieuwbouw ooit kan bereiken. Bovendien zijn er bij transformatie kwaliteiten te ontdekken die in nieuwbouw niet of nauwelijks te realiseren zijn. Meer karakter en historie bijvoorbeeld, of een zekere overmaat (in verdiepingshoogte of beukmaat) en inefficiëntie die bij nieuwbouw niet geaccepteerd worden. Logischerwijs maken transformatieprojecten onderdeel uit van een bestaande omgeving. Dat maakt ook dat een goed transformatieproject niet op zichzelf staat, maar de omgeving een boost geeft. Dit geldt zowel voor nieuwe ideeën voor oude gebouwen, als dat het geldt voor stedenbouwkundige transformaties van bijvoorbeeld een voormalig kazerneterrein (brownfield) of verdichting van de bestaande stad (grayfield). Denk aan hoe in Ede de gesloten Maurits- en Frisokazernes worden getransformeerd tot een woonwijk met het World Food Center als bijzondere trekker. Of hoe het centrum van Den Haag verdubbeld wordt door het CID, het gebied rond de stations CS, HS en NOI, te verdichten met tienduizenden woningen en banen.
We bouwen altijd voort op het karakter van de plek. Door elementen te beschermen en te behouden en met verdere ontwikkeling, door er een nieuwe laag aan toe te voegen.
Zo geven we impulsen aan die levende, pulserende polis. Door de (ver)bouwopgave in te zetten als ‘pokon’ voor de stad.
>> zie ook het thema duurzaamheid