Het Universiteitsmuseum Utrecht heeft het academisch erfgoed van de Universiteit Utrecht in beheer. Het museum maakt het belang van de wetenschap zichtbaar voor het grote publiek; bezoekers kunnen de geschiedenis van de wetenschap bekijken en ervaren.

Het oorspronkelijke gebouw uit 1996 is ontworpen door Koen van Velsen en is berekend op 25.000 bezoekers per jaar. Vierentwintig jaar later groeit het museum met 80.000 bezoekers tegen zijn fysieke begrenzingen aan. De wens was om het museum uit te breiden voor meer voorzieningen; meer tentoonstellingsruimte en een betere zichtbaarheid tussen het museum, de straat en de achterliggende Hortus.

Door het transformeren van de voormalige achterliggende kantoorvleugel is het tentoonstellingsoppervlakte vergroot. De museumzalen op de begane grond in de houten doos zijn veranderd in een grotere ontvangstzone. Hierdoor is meer ruimte ontstaan voor voorzieningen zoals de receptie, garderobe en de museumwinkel. De begane grond is meer open gemaakt naar de straat en de Hortus. Op het scharnierpunt tussen de twee museumvleugels is een beperkte uitbreiding met lift gerealiseerd, zodat het hoofdtrappenhuis een optimale koppeling en een duidelijkere museale routing wordt tussen de hoofdvolumes.

De uitbreiding is ontworpen als een eigentijdse tijdslaag aan de tuinzijde van het gebouw waardoor het museum met strategische ingrepen weer gereed is voor een duurzame groei in de toekomst.